De buren hebben vaak grotere problemen met de beperkingen van een psychiatrische pati?nt in de maatschappelijke omgang dan de pati?nt zelf. Sociaal isolement is het gevolg. De stichting Amsterdamse Vriendendiensten organiseert therapeutische koffiebezoekjes.
by Ole Chavannes, 26 juni 2001
AMSTERDAM - "Ik ben zo gelukkig met mijn maatje Judith," lacht Mikkie (33). Ze zitten in een parkje bij het water, zoals elke
week. Mikkie heeft een lange geschiedenis van verwarring en misbruik. Judith (26), net afgestudeerd student psychologie, zoekt
haar eens per week op. Vaak lopen ze wat door het park en praten over 'van alles en nog wat in het leven'.
Mikkie is een van de 475 psychiatrisch pati?nten in Amsterdam die afgelopen jaar een 'maatje' toegewezen hebben gekregen van
de stichting.
"Ik heb zo veel slechte ervaringen met hulpverleners. Ik werd niet serieus genomen, heb veel te lang onbehandeld rondgelopen.
Nu heb ik een goede psychiater gevonden die me de juiste medicatie geeft. En ik heb Judith," zegt Mikkie.
"Vaak loopt men met een boogje heen om mensen die een tikje anders zijn," stelt Bert Kort, co?rdinator bij het project Maatjes
voor Maatjes. "Voor de medische problemen zijn wel oplossingen, maar veel pati?nten zijn gewoon eenzaam."
Hulpverleners houden een oogje in het zeil, maar dat is altijd een professioneel oog. 'Gewone' mensen kent Mikkie haast niet.
"Als je lang in de war bent geweest, kijken veel mensen je raar aan. Ik heb ook helemaal gebroken met mijn verleden," zegt ze.
Ze stelt het daarom enorm op prijs even met iemand te kunnen kletsen. Binnenkort gaan ze zelfs naar een concert.
Momenteel zijn er 180 vrijwillige 'maatjes', uit alle maatschappelijke geledingen van de stad. Kort: "Vaak zijn het mensen die
professioneel wel geslaagd zijn, maar het gevoel hebben toch iets te missen. Door eens per week iets met de psychiatrische
medemens te doen, voelen ze dat ze ook iets goeds doen."
Er is helaas wel een groot tekort aan vrijwilligers. Ook hier is een wachtlijst. "De vrijwilliger in de vorm van de huisvrouw
die sinaasappels in het ziekenhuis gaat persen, bestaat niet meer. Veel mensen willen meer impulsen. Het moet sociaal goed
werk zijn, maar ook leuk, spannend en snel. Gelukkig begint in het bedrijfsleven maatschappelijke betrokkenheid nu ook een
beetje in te raken," aldus Kort.
Judith heeft door haar studie wel veel te maken gehad met deze problematiek, maar ze ervoer haar hulpverlening niet als
bevredigend. "Als verpleegster hoor je vaak verhalen aan, waarvan je weet dat er veel meer achter zit. Tijd is er echter
nooit. Nu ben ik eens een keer geen hulpverlener, maar een soort vriendin. Ik kan niet echt iets concreet bereiken voor haar,
maar ik ben er honderd procent voor de steun. En het is nooit saai met Mikkie," zegt Judith.
De stichting zoekt de 'maatjes' bij elkaar, op grond van leeftijd en interesses. Voor Mikkie is de leeftijd erg belangrijk.
"Ik ben veel te lang met de verkeerde mensen omgegaan, ook als gevolg van mijn afwijking. Ik was veel te impulsief en dacht
niet na. Als kind had ik contact met pedofielen en zo is dat lang doorgegaan, totdat ik in 1983 werd opgenomen. Vanaf toen is
het wel beter gegaan, maar als je een psychiatrisch verleden hebt, moet je je voortdurend blijven bewijzen tegenover de
doctoren. Bij Judith hoeft dat niet."
Nu is ze bezig met een opleiding tot administratief medewerker. "Ik hoop uiteindelijk iets te kunnen doen in de hulpverlening.
Ik ben de perfecte ervaringsdeskundige," lacht ze vol zelfvertrouwen.